Scheiding geloof en staat betekent einde rechtsstaat – Christenen en politiek – Deel 5
|Christenen en politiek
1. Christelijke politiek is misbruik van Gods naam
2. Visie en (eigen) belangen
3. Wees niet bang en bouw een brug
4. “Weg met de vrijheid van religie”
5. Scheiding geloof en staat betekent einde rechtsstaat
6. Gehoorzaam je God of de overheid?
—————————
In het eerste deel van deze serie gaf ik redenen vanuit het christelijk geloof dat het bedrijven van politiek in de naam Jezus niet kan. Nu wil ik het omdraaien, is het vanuit democratisch oogpunt gezien mogelijk om vanuit je geloof politiek te bedrijven?
Kerk en staat
Niet gelovigen schieten vaak in een reflex als je je politieke standpunten onderbouwt vanuit je geloof. “Er is in Nederland een scheiding tussen kerk en staat!” roepen ze dan. Als je even in je Bijbel bladert worden ze furieus! Je mag niet je Bijbel gebruiken om mij beperkingen op te leggen! En de dominee mag van de kansel al helemaal niks over de politiek zeggen.
Mensen worden onzeker als Marianne Thieme bij een ‘vaag’ kerkgenootschap aangesloten is, en laat Mark Rutte zijn geloof wel thuis hij premier is?
Daaruit blijkt een groot onbegrip van de betekenis van de scheiding tussen kerk en staat.
Kerk en staat
Vroeger was de kerk een machtig instituut. De paus was misschien wel de machtigste man in Europa, de besluiten van de kerk hadden werkelijke invloed op de politiek. Pas als de paus de keizer had gekroond, was hij echt machthebber.
Maar de staat had ook invloed op de kerk. Ze bemoeide zich met de verkiezing van een nieuwe paus, of probeerde die bisschoppen of dominees aangesteld te krijgen die het beste bij haar eigen plannen paste. Daarom lagen kerk en staat ook geregeld met elkaar overhoop.
De scheiding tussen kerk en staat maakte daar een eind aan. De staat bemoeit zich niet met zaken die de kerk aangaan, en het instituut kerk heeft geen politieke macht.
Hockey
Het gaat dus om de scheiding tussen het instituut kerk, en de staat. Dat betekent natuurlijk niet dat de individuele gelovigen geen politieke macht meer uit kunnen oefenen. Of dat de premier, als hij lid is van een kerkgenootschap, niet mee mag stemmen over de nieuwe diakenen van zijn kerkelijke gemeente. Stel je voor, dat zou het einde betekenen van de rechtsstaat. De scheiding tussen kerk en staat is niet anders dan die tussen de plaatselijke hockeyvereniging en de staat. Het bestuur van die hockeyvereniging heeft geen politieke macht, kan geen wetten indienen of aannemen. Wel kan een lid van dat bestuur zich verkiesbaar stellen, en in de gemeenteraad komen. Daarin kan zij voor een sportvriendelijk klimaat zorgen in de stad. En ook al is ze raadslid geworden, ze mag ook nog steeds actief zijn in de hockeyvereniging. De scheiding tussen hockeyclub en staat is geen enkel beletsel voor een hockeyer om politiek actief te worden, of voor een politicus om te gaan hockeyen. Zo is het ook met een gelovige en de politiek.
Idealen
De leden van een kerk zijn meestal politiek homogener dan leden van een sportvereniging. Want hoewel er ook in de kerk stevig van mening wordt verschild over politieke zaken, zijn er natuurlijk ook veel overeenkomsten. In orthodoxe kerken is vrijwel iedereen tegen abortus, in progressieve kerken pleit vrijwel iedereen voor een ruim vluchtelingen beleid. Is het dan nog wel wenselijk dat deze groepen massaal invloed hebben op de politiek van een land?
Ook dan is het antwoord: Ja, prima!
Hoewel ik er absoluut geen voorstander van ben om het christelijk geloof als een politieke visie te zien, zou daar democratisch gesproken gezien geen enkel bezwaar tegen zijn. Elke groep met een gezamenlijke ideologie is welkom in de politiek.
Das Kapital
Het is aan burgers in een democratie om zich te verzamelen rondom een bepaalde ideologie of levensvisie, en die politiek vorm te geven. Dan maakt het niet uit of Das Kapital (socialistisch/communistisch) of Wealth of Nations (liberaal, kapitalistisch) je bron is, of de Bijbel, of desnoods de Donald Duck. Elke politieke stroming probeert de maatschappij te vormen naar eigen inzichten. Elk politiek betrokken persoon wil zijn eigen normen en waarden opleggen aan de ander. De socialist wil hogere belastingen opleggen aan de kapitalist om de armen te voeden. De kapitalist wil ruimte om te ondernemen opleggen aan de socialist. Verschillende idealen en levensvisies bijten elkaar altijd. Het mooie van de democratie is dat de verschillende groeperingen en gedachten niet elkaar proberen te vernietigen, maar samenwerken om tot een compromis of een oplossing te komen.
Geen filter
Daarbij is het belangrijk om geen filter te hebben op welke ideologieën wel of niet politiek actief mogen zijn. Elke politieke visie is welkom, of ze nu op Russels Theepot is gebaseerd, op internet piraterij-fora, de gedachten van Karl Marx, of op Mohammed. Enkel de rechter kan besluiten dat een politieke partij verboden moet worden als deze de fundamenten van de rechtsstaat wil ondermijnen. Maar zelfs dan zijn de meeste geleerden het er over eens dat het beter is als de partij met politieke argumenten wordt verslagen.
Dus ja, iemand mag met de hand op de Bijbel proberen wetten te formuleren, net zoals dat met de hand op de boeken van Adam Smith kan worden gedaan. Het blijft natuurlijk altijd de vraag of Marx en Smith wel goed worden geïnterpreteerd in de huidige tijd. En als je de Donald Duck gaat gebruiken als politieke bron, dan ga je ongetwijfeld buiten de bedoelingen van Walt Disney. Dat is de reden ook dat ik tegen ‘christelijke’ politiek ben. Zo is het christendom niet bedoeld. Maar staatsrechtelijk is er geen enkel bezwaar tegen. Als een christen zijn waarden niet politiek mag proberen te realiseren, mag een socialist niet pleiten voor hogere vermogensbelastingen, een liberaal niet voor een kleine overheid, en een wereldburger niet voor een grotere EU. Dat zou het einde van de democratische rechtsstaat zijn.
—————————
Christenen en politiek
1. Christelijke politiek is misbruik van Gods naam
2. Visie en (eigen) belangen
3. Wees niet bang en bouw een brug
4. “Weg met de vrijheid van religie”
5. Scheiding geloof en staat betekent einde rechtsstaat
6. Gehoorzaam je God of de overheid?