Verzoening door voldoening

10 april 2017 schreef Reinier Sonneveld voor Lazarus het blog Kruisiging, zijn daar andere verhalen over? Daarin gaf hij (o.a.) kritiek op het geloof in ‘verzoening door voldoening’ (VDV), en pleitte hij voor het ‘Christus Victor model’ (CV).
Dat zette me aan het denken. Verzoening door voldoening is een ontzettend belangrijk onderdeel van mijn geloof in Jezus Christus als mijn Heer en Verlosser. Tegelijk begreep ik Sonnevelds kritiek op de gedachte dat God bloed zou moeten zien om te kunnen vergeven.

In de maanden die volgde formuleerde ik een reactie, maar het publiceren daarvan stelde ik telkens uit. Ik vind het best heftig om te schrijven over zo’n centraal geloofsthema. Ben ik daar wel de juiste persoon voor? begrijp ik de rijkwijdte wel van wat Sonneveld beoogt, en de betekenis van de theologie van verzoening door voldoening? Tegelijk sluit het thema deels goed aan bij mijn eigen studies over de wijze waarop God zich openbaart in onze tijdsgebonden cultuur, en zijn heilsweg gaat door onze geschiedenis heen. Daarnaast heb ik nog een tweede gedachte die het hele verzoening door voldoening verhaal 180 graden omdraait.

En toen publiceerde Sonneveld zijn boek “Het vergeten Evangelie” over deze thematiek. Wat eerst nog een overzichtelijk blog was, werd nu een heel boek. En binnenkort volgt zelfs een studiedag. Goed dat er zoveel aandacht is voor de betekenis van het kruis van Jezus Christus. Met dit blog wil ik mijn eigen gedachte toevoegen aan wat er allemaal al gezegd en geschreven is. Geen compleet verhaal, het is ook niet af. En misschien is dat ook maar het beste.

Mijn belangrijkste vraag is of God noodzakelijk moet handelen in de menselijke geschiedenis als hij iets voor elkaar wil krijgen. De vraag die al gesteld werd is of het nodig is voor God dat er bloed vloeit in onze menselijke realiteit om hem in staat te stellen om te vergeven. Maar net zo belangrijk is de vraag of er hier op aarde echt iets moet gebeuren zodat God kan ‘overwinnen’. Daar ligt direct ook mijn belangrijkste kritiekpunt op Het vergeten Evangelie van Reinier Sonneveld. In zijn weergave van Christus Victor overwon Jezus door te sterven aan het kruis het kwaad definitief. Dat geeft mij een beetje een Dungeons and Dragons gevoel. Alsof de drie-enig God het kwaad alleen kan verslaan door als mens te incarneren, en een bepaalde handeling te verrichten of te ondergaan.
De God waarin ik geloof kan in zichzelf alles oplossen, doen, bedenken, realiseren en volbrengen naar eigen wil en doel. Daarvoor hoeft hij niet bepaalde aardse stappen te zetten. Dat geldt voor het overwinnen van het kwaad, en voor het verzoenen en vergeven van de zonde. Wat de oorsprong van het kwaad is is een vraag op zich, maar het kwaad is geen partij voor God. Het is niet God tegen het kwaad, alsof het axis versus allies betreft, orcs versus elves, of Ajax tegen Feyenoord.  Het is ook geen spannende strijd die net zo goed door de ‘goeien’ verloren had kunnen worden.

De kruisdood van Jezus is in zichzelf niet noodzakelijk voor God om tot overwinning of verzoening te komen, maar laat aan ons zien dát God de verzoening met de mens in zichzelf gerealiseerd heeft, en dat hij de speelruimte van het kwaad heeft beperkt. In mijn boek Nederlander met de Nederlanders schrijf ik: “De kruisdood van Jezus laat ons bij uitstek zien dat God soms in de geschiedenis ingrijpt om het onzichtbare zichtbaar te maken voor ons.” In die zin is het leven van Jezus, en zijn dood en opstanding in het bijzonder, een levende metafoor, een allegorie die God geschilderd heeft in de werkelijke menselijke geschiedenis. God liet iets gebeuren in de menselijke realiteit, hij incarneerde zelf als mens, om ons iets te vertellen dat niet in woorden is te vatten.

Toen het lijden van Jezus aan het kruis op zeer bloederige wijze in de film The Passion of the Christ werd getoond, gaf Antoin Bodar daar een scherp commentaar op. we moeten niet blijven hangen bij dat bloedbad. Het werkelijke lijden van Jezus lag in de godverlatenheid. Dat kruis, die gesels, die spijkers en de wonden helpen ons alleen om iets te begrijpen van de werkelijke diepte van Jezus’ lijden.
Die godverlatenheid verbeeldt ook weer iets. God keert zich af van het kwaad, hij wil er niets mee te maken hebben. De God van wie de naam ‘Ik Ben’ is, was er niet toen het kwaad volledig werd getoond in Jezus. God nam er een oneindige afstand van, en tegelijk nam hij het volledig in zich op.

Ook daarin ligt weer een diepere boodschap, want eigenlijk hoor ik daar zelf aan het kruis te hangen, verlaten door God. Maar liever verlaat God zichzelf, en liever draagt hij zelf de volledige volheid van de consequenties van het kwaad, dan dat hij het bij mij legt, waar het hoort. Wat ik hier probeer op te schrijven is een gebrekkige, eenzijdige, incomplete weergave van wat God ons allemaal wil vertellen, daar op Golgotha.
Maar waar we voor op moeten passen is de gedachte dat Golgotha een slagveld is waar de werkelijke strijd wordt gevoerd. Golgotha is een preek aan ons. Gods preek is werkelijkheid geworden, en speelt zich voor onze ogen af. En daarmee is die God die helemaal weg was bij Jezus aan het kruis, in Jezus aan het kruis helemaal bij ons gekomen. Ja, dat slaat nergens op, God die God verlaat, God die er zowel helemaal bij is, als volledig afwezig is. En juist dat slaat alles. Op Golgotha wordt het onzichtbare zichtbaar voor ons.

En dat is mijn probleem met het weglaten van de voldoening bij de verzoening. Dat doet geen recht aan de omvang en de impact van het kwaad. Je kunt niet zeggen na millennia van oorlog, moord, verkrachting, incest, leugens, bedrog, genocide, racisme, haat, onhandigheid, ruzie, verdriet, eenzaamheid, onvervuld verlangen, zelfhaat, depressie, scheiding, tyrannie, onbegrip, cynisme, sarcasme, misverstaan, misverstanden, ziekte, angst, trauma’s, disfunctionaliteiten, gebrekken, honger, dorst, leed, enzovoorts, enzovoorts, enzovoorts, enzovoorts, zomaar stellen dat ‘alles is verzoend en vergeven’, of ‘maar Christus heeft het overwonnen’. Dat doet geen recht aan daders en slachtoffers, die we allemaal beiden zijn. Want we zijn niet alleen slachtoffers die staan te juichen omdat Christus het kwaad dat ons raakte overwon. Wij zijn ook de daders. Zonder verzoening door voldoening zijn we enkel toeschouwers.
Er zijn ook maar twee partijen betrokken bij het kruis. God en ik. Het kwaad is geen partij, de duivel is geen partij. En God de Zoon en God de Vader zijn hetzelfde wezen.

De kruisdood van Christus laat zien dat onze daden en keuzen impact hebben. Ja, God wil het vergeven, verzoenen en vergeten, maar dat is niet zomaar omdat hij nu eenmaal liefde is. Juist omdat hij liefde is wil ook recht doen. En daar zit het onuitsprekelijke dilemma, dat de totale verstrengeling van het dader- en slachtofferschap van het kwaad leidt tot een onmogelijk oordeel. Het oordeel dat de God die Ik Ben Erbij heet ons voor altijd moet verlaten. Het recht dat wij verdienen waardoor we bevrijd worden van het kwaad is tegelijk het oordeel over ons eigen kwaad dat ons vol moet raken.

Als God de Zoon sterft aan het kruis zien we dat ons kwaad gevolgen heeft. Als wij horen dat God verlaten werd door God, dan zien we dat, hoe onbeschrijflijk en hoe onwerkelijk het ook is, God dit probleem van ons kwaad heeft opgelost in zichzelf. Hij is er niet overheen gestapt, hij heeft er geen zand over gedaan, maar hij heeft er zelf de verantwoordelijkheid voor genomen. Hij laat ons zien dat de verzoening noodzakelijk is, maar dat wij daar niets aan bij kunnen dragen, en dat hij het in zichzelf voldaan heeft. God begint er geen discussie over, wiens schuld het was, al dat kwaad. Hij zegt: geef het maar aan mij.
De offer-metafoor laat dat duidelijk zien aan de mensen toen. Iedereen begreep de verwijzing naar het lam dat de zonde van de wereld wegdroeg. God verlaagde zich niet tot heidense afgoderij, maar gebruikte de bekende beelden om zijn eigen, totaal daarvan verschillende oplossing aan de mens duidelijk te maken. In onze tijd is een beeld van verantwoordelijkheid nemen misschien sterker, en ook dat zit in het kruis.

En daar komen we bij het 2e punt van het belang van verzoening door voldoening. Paulus schrijft in 2 Korinthe 5: “Wij zijn dan gezanten namens Christus, alsof God Zelf door ons smeekt. Namens Christus smeken wij: laat u met God verzoenen.”
Want die vraag of het voldoende is is niet alleen een vraag aan God, het is ook een vraag aan ons. Wij waren het namelijk die de scheiding tussen God en ons veroorzaakten. Wij hadden God niet meer nodig, maar zouden zelf wel even oordelen over goed en kwaad. En omdat we daar de capaciteiten niet voor hebben, veroorzaken wij zoveel ellende, ruzie, haat, pijn, etc.

Maar op Golgotha nam God daar in zijn menselijke natuur de verantwoordelijkheid voor. Geef het maar aan mij, zei hij. Geef mij maar de schuld. Sla me maar, schop me maar, spuug maar, gesel me maar, martel me maar, verlaat me maar, geneer je maar voor me, vervloek me, geef me de schuld van alles wat lelijk is, stort het hele probleem van God en het kwaad maar over mij uit, laat me maar lijden, begrijp mij maar niet, loop maar bij me weg, zeg maar dat je een andere verlosser had verwacht, verkoop me maar, verloochen me maar, verraad me maar, verlaat me maar.
Het probleem van God en het kwaad is Gods probleem. Dat zegt hij met de kruisiging. Had ik die boom niet moeten plaasten in die hof van Eden? Zaag er maar een kruis van, en hang me daar maar aan op. Lach me maar uit, bespot me maar.

En daar hangt God. En de vraag aan ons is: is het zo voldoende? Is al je leed, kwaad en ellende nu voldaan? Zowel het kwaad dat je onderging als wat je veroorzaakte? Wil je je nu weer met God verzoenen? Is het zo voldoende, of wil je eerst zelf ook nog hangen, en denk je dat je dat in voldoende mate kunt? Of vind je jezelf toch echt een betere god? Verlaat je hem, en ga je je eigen weg?

Verzoening door voldoening is voor mij geen technisch verhaal. Het is geen rekensom, geen architectonisch model dat aan alle kanten klopt. Het is een preek. Of beter nog, het is een verkondiging van goed nieuws! God wil zich met ons verzoenen, en om die verzoening te bewerkstelligen wil hij alles doen. En nu ligt de bal bij ons. Willen wij ons ook met God verzoenen?

Reacties