Waarom schreef ik het (zoveelste) boekje over de vrouw en het ambt?

Geschapen om te regeren, in gesprek over vrouw en ambt, schreef ik per ongeluk. Het was bedoeld als een blogje, maar groeide tijdens de pandemie uit tot een boekje. Door die merkwaardige start werd de opzet anders dan andere boeken over hetzelfde onderwerp.
De aanleiding was op de open brief van 7 (oud-)synodeleden in februari 2020, daarin spoorden zij de Gereformeerde Bond aan om de ambten open te stellen voor vrouwen. Bondsvoorzitter A.J. Mensink schreef daarop: “Over dit thema moet daarom een gesprek op niveau kunnen plaatsvinden.” Dat sprak me aan. Toch zag ik weinig terugkomen van dat gesprek in zijn reactie. Alle argumenten tegen het openstellen van de ambten noemde hij, maar Mensink reageerde niet op tegenwerpingen of op argumenten die vóór openstelling pleiten.
Ik wilde daarom een antwoord schrijven dat zowel recht doet aan de argumenten en overwegingen van de Bond, als de visie weergeven die in de Bijbel alle reden vindt om de ambten wel open te stellen voor man én vrouw. Ik hou niet van preken voor eigen parochie, volgens mij zit de kracht van het samen geloven niet in enkel het herhalen van standpunten. Dat bleek toch niet te lukken in een blogje…

Als ik zelf publicaties lees waarin een bepaalde omstreden visie wordt beargumenteerd, vraag ik me altijd af: hoe zou een tegenstander hierop reageren? En als ik dan een boek van een opponent lees blijkt die reactie vaak niet te bestaan. De ene schrijver focust zich op bij wijze van spreken op rood, blauw en geel. De ander schrijft alleen over paars, zwart en groen. Maar ik wil weten wat de 2e schrijver vindt van het rood, en wat de 1ste op het paars te zeggen heeft.
En dan niet met simpele oplossingen, als: “Dat is natuurlijk niet zo” of “dan kun je alles wel omdraaien.” Nee, echte inhoudelijke reacties op elkaars overwegingen. Daarom heb ik geprobeerd om mijn eigen boekje zo’n dialoog te laten worden. Daarom volg ik de structuur van de brochures die de Gereformeerde Bond uitgaf over dit onderwerp, en citeer ik deze op elke pagina, ik val ze bij waar mogelijk, en stel kritische vragen waar nodig. Daarnaast of daar tegenover plaats ik telkens mijn eigen visie. Ik hoop dat een lezer zo geholpen wordt om beide visies naast elkaar te kunnen lezen, en de overwegingen kan afwegen.

Uiteraard blijft het daar niet bij, je zou ook willen weten hoe de Bond dan weer reageert op wat ik schrijf. Daarom zocht ik vroeg in het proces contact met Jan Hoek. Hij is één van de schrijvers van deze brochures, en bovendien heb ik hem leren kennen als iemand die dat inhoudelijke gesprek zelf ook zoekt. Het viel mij op hoe goed hij kan luisteren naar een andere mening, zonder direct met een weerwoord te komen. Hoe hij overwegingen die zijn visie niet ondersteunen toch op waarde weet te schatten. Dat is een unieke kwaliteit. Zijn feedback hielp me o.a. om recht te doen aan de visie van de Bond. Ook hielpen zijn reacties me om na te denken over invalshoeken die niet bij mij opgekomen waren, en kritisch te reflecteren op moeilijk houdbare gedachten. Dankzij Jan Hoek begon het gesprek daardoor al tijdens het schrijven.

Dat is de 1ste reden waarom ik dit boekje schreef: om het gesprek aan te gaan, en verschillende visies niet naast elkaar te laten bestaan in verschillende bubbels, zonder dat deze bubbels inhoudelijk contact met elkaar hebben. Met deze aanpak hoop ik een eigen, unieke bijdrage te kunnen geven die (ook buiten de bond, waar soortgelijke overwegingen en argumenten spelen) het bijbelse gesprek tussen christenen over de vrouw en het ambt kan inspireren.

De 2e vraag is waarom ik als man dit boekje heb geschreven? Kunnen vrouwen zichzelf niet verdedigen? Nou, eigenlijk is het helemaal niet mijn bedoeling om vrouwen te verdedigen. Los van de vraag of christenen überhaupt verdedigd moeten worden (wij zijn in Christus immers meer dan overwinnaars!), kunnen vrouwen dat prima zelf. Ik pak dit onderwerp op omdat het een duidelijk voorbeeld is van verschillende visies op het christen-zijn. Geeft de Bijbel vasstaande normen die los staan van culturele contexten, of moeten we als christenen telkens opnieuw zoeken naar wat God van ons vraagt?
Zijn de christelijke normen aan ons gegeven om gehoorzaam te volgen, ook als we deze niet begrijpen, of gebiedt God ons juist na te denken over wanneer we onszelf moeten beperken om de naaste dienen en God de eer te geven?

Ik geloof dat God niet op afstand blijft, maar Zich naar ons toebuigt en aanpast aan ons niveau van begrijpen. Christenen mogen God daarin navolgen, de kracht van het christendom ligt in het vermogen om ons aan te passen aan de culturen om ons heen, zodat we de boodschap van Jezus Christus in alles situaties kunnen doorgeven.
Of dat nu de patriarchale Grieken van de 1ste eeuw zijn, of de doorgeëmancipeerde Nederlanders van de 21ste eeuw, in Christus is geen onderscheid. Nu vasthouden aan Griekse gebruiken uit de 1ste eeuw zet God en het Evangelie op afstand. Ik hoop dat we als kerken relevanter kunnen worden binnen onze eigen cultuur. Als dat vrouwen helpt om hun talenten beter in te kunnen zetten is dat een collateral blessing. Het voorbeeld van hoe de positie van de vrouw in de Bijbel ter sprake komt in context met cultuur, kunnen we toepassen op talloze andere ethische en praktische vragen.

Dat wil allemaal niet zeggen dat het me alleen om de theologie gaat. Een kerk waarin de talenten van alle gelovigen zoveel mogelijk ingezet kunnen worden is gezegend. Ik gun het elke christen en elke vrouw dat zij mogen werken op de plaats die bij haar past, en ik gun het elke gemeente dat al haar leden bij kunnen dragen aan haar visie en opdracht. Hand en voet hebben elkaar nodig, op alle vlakken. Soms naast elkaar, soms tegenover elkaar, soms los van elkaar.
Omdat de plaats van de vrouw in de kerk ons allemaal raakt, geeft dit onderwerp een mooie kans om vanuit verschillende perspectieven de Bijbel diep te doorgraven. Wat staat er nu echt, en wat betekent dat nu voor ons? Ik geloof van harte dat we als kerken met dat begrijpen alleen verder kunnen komen door met elkaar constructief-kritisch het gesprek aan te gaan. Geen preken voor eigen parochie dus. Daarom dus dit nieuwe boekje: Geschapen om te regeren, in gesprek over vrouw en ambt.

———————

Bestel ‘Geschapen om te regeren’ hier

Titel: Geschapen om te regeren
Ondertitel: In gesprek over vrouw en ambt
Auteur: Robert Plomp
Uitgever: Buijten & Schipperheijn Motief
ISBN: 9789463691369
Pagina’s: 96
Uitvoering: Paperback
Prijs: €9,90

Reacties